#026; Verslag: Geloof en vrijheid
18-11-2025
#026; Verslag: Geloof en vrijheid
#026; Verslag: Geloof en vrijheid
‘Als een officier van justitie een hoofddoek draagt, verandert dat dan iets aan haar oordeel, of verandert het iets aan hoe wij haar zien?’ De prikkelende stelling vormde de inzet van het interview met Maryam El-Rahmouni tijdens Het Vonk-debat op dinsdag 11 november in de Bullekerk. Maryam – ze was drie maanden toen ze vanuit Marokko naar Nederland kwam – wilde als kind, ‘gedreven door haar gevoel van rechtvaardigheid’, officier van justitie worden: ‘Ik wilde boeven vangen’. Tijdens haar studie rechten werd haar verteld dat als ze officier of rechter wilde worden, ze haar hoofddoek af moest doen omdat in ons land op basis van het principe scheiding van kerk een staat ambtenaren met overheidsgezag neutraliteit moeten uitstralen. En daar horen geen zichtbare religieuze uitingen bij als een hoofddoek, keppeltje of kruisje.
Voor Maryam was het reden een ander beroep te kiezen, ze wilde geen afstand doen van haar hoofddoek. ‘Ik ben op mijn negende een hoofddoek gaan dragen, dat was logisch voor mij om te gaan doen. Zo hoorde ik er helemaal bij. In mijn pubertijd ben ik me af gaan vragen hoe ik me verhoud tot de islam en het dragen van een hoofddoek. Ik geloof in de schepper en het dragen van een hoofddoek hoort er voor mijn bij, net als een aantal andere regels. Het hoort bij mijn geloof. Voor mij is het geen teken van onderdrukking. Het voelt ook niet als een beperking. Ik heb er in volle vrijheid voor gekozen.’ Ze geeft ook aan dat als vrouwen gedwongen worden om een hoofddoek te dragen in landen als Afghanistan, Iran, Irak, ‘maar ook hier’, we ons daartegen moeten verzetten.
Het afdoen van een hoofddoek als rechter, officier van justitie of politievrouw omwille van het uitstralen van neutraliteit voelt Maryam juist als een beperking van haar vrijheid. ‘Dit is wie ik ben. Het afdoen van mijn hoofdoek voel ik als een beperking, ik kan dan niet mezelf zijn. En als ik mezelf niet volledig kan zijn, doe ik dat beroep geen recht.’
Op de vraag of ze overwogen heeft het afdoen van de hoofddoek aan te vechten – in Amerika is er inmiddels één rechter met een hoofddoek – antwoordt ze dat de regel aanvechten heel veel tijd kost. Ze heeft er met haar juridische opleiding voor gekozen te adviseren bij verandertrajecten bij ministeries en publieke organisaties. Zo was ze enige tijd interim-manager van het programma preventie en gezag in Zaanstad. Saillant detail, in haar werk is het al voorgekomen dat ze officieren van justitie adviseerde.
Onder de aankondiging van deze De Vonk Debat-avond op facebook stond ook een aantal vervelende opmerkingen aan het adres van Maryam als ‘Ga terug naar de zandbak’ en ‘Respecteer onze regels of ga anders terug’. Daarmee geconfronteerd, zei ze dat dergelijke opmerkingen steeds meer haar privéleven binnenkomen. ‘Waar bewegen we ons naartoe in ons land, waar je steeds vaker openlijk wordt uitgescholden? Wat moet ik nog meer doen om erbij te horen? Het is een dagelijkse worsteling als je dit steeds over je heen krijgt. Ik heb het gevoel dat Nederland wat dat betreft al een tijdje mijn land niet meer is. Je hoort er voor een groep mensen niet bij. De opmerkingen leiden ertoe dat je je terugtrekt.’


0 reacties